De Regenboogprins is in de puberteit beland en vol verwondering kijk ik naar wat dat met hem doet. Ik zie hoe zijn lichaam verandert en zijn gezicht. Hoe hij langer wordt en zijn voeten groter. Hoe hij plotseling bezig is met zijn klas en klasgenoten en met er wel en niet bij horen. Hoe hij soms moppert en zeurt en ook hoe hij totaal van de wereld kan zijn als ik hem een opdracht geef, waardoor er tien minuten later nog niets is gebeurd. Allemaal zaken die horen bij een 14-jarige en ook dus bij deze 14-jarige.
Vandaag had de prins een huilbui, Een flinke. Zo eentje waar het hele leven en alle pijn die hij daarin heeft opgedaan voorbij komen. Een bui vol verdriet en woede. En na het verdriet en de woede kwam de wroeging en nieuw verdriet. Wroeging over eerdere buien, over woorden die hij in het verleden heeft geroepen, over nare dingen die hij heeft gedacht. Schuldbewust is hij dan en hij keert dat gevoel naar zichzelf. Hij zegt dat hij zichzelf ziet als iemand die bloed uitspuugt.
Mijn lieve puber, onze Regenboogprins heeft een bijzondere geest. Niet voor niets houdt hij van Dali en andere surrealistische schilders en kunstenaars. In zijn hoofd zitten allerlei surrealistische taferelen. Gevoelens zetten zich om in beelden. Fijne gevoelens leveren grappige beelden op, nare gevoelens bedreigende. Toen ik vanavond de prins in bed stopte had ik verschrikkelijk de behoefte om de narigheid, die last, die schuld van hem af te nemen. Ik stamelde iets over dat hij zo verdrietig was geweest meerdere keren in zijn leven en dat niemand hem zijn woede en verdriet kwalijk nam. Maar het hielp niet. De Regenboogprins bleef verdrietig.
En toen kwam in mij op wat voor mijzelf al die jaren dat ik gelovig ben, belangrijk is geweest. ‘ Sta op; Je zonden zijn je vergeven’ woorden van Jezus. Op mysterieuze wijze hebben die woorden mij altijd bevrijd van zorgen en schuld.
Ik zei tegen de Regenboogprins: ‘Het allermooiste aan God is dat Hij je onvoorwaardelijk vergeeft wat je niet wilde doen, maar toch deed. En als God iets vergeeft is het helemaal voorbij. Dan hoef je er niet meer aan te denken. Dan zit je niet meer bij de pakken neer, maar sta je op, recht je rug en gaat verder. ‘
De Regenboogprins werd rustig. ‘ja’ zei hij. ‘Zo is God, en jullie doen dat ook hè? Jullie denken er ook niet meer aan. Het is helemaal voorbij.’
Hij sloot tevreden zijn ogen en lag een kwartier later heerlijk te snurken.
Opnieuw verwonderd zit ik nu op de bank te schrijven. Dat wat van mensen soms zo moeilijk te geloven is, want kun je elkaar echt vergeven? kun je echt verder?
Daarin vertrouwt de Regenboogprins op God, en vanuit God op ons.
Er is geleden, en er is een tijd dat er geleden is. Maar die tijd houdt op, en dan is het lijden verleden. Zo mag het zijn. Dank aan de Eeuwige.
En dit vertrouwen op God werkt vooral als de mensen om hem heen dit uitvoeren. Voor mij was vroeger de belofte van het geloof een te groot contrast met de daden van mijn opvoeders. Daardoor durfde ik ook niet op de Eeuwige te vertrouwen.
Mooi dat hij het met elkaar verbindt. Wat past hij toch goed bij jullie en jullie bij hem. Daarin geloof ik dan weer niet in toeval maar in…….tsja, geef daar maar eens woorden aan. In ieder geval iets groter dan wij.
In het mysterie gebeuren altijd maar weer wonderbare dingen. Thanks Bea.