Daar staat hij. Boven op het podium. Zijn twee juffen geven hem trots zijn rapport en zijn certificaat. “Wat ben jij gegroeid” zegt zijn juf. Blij en een beetje verlegen neemt hij het aan en springt weer van het podium af.
Ik ben ook trots. Apetrots op deze grote vent. Dat het hem is gelukt om door te zetten toen het zo moeilijk was. Dat hij iedere juf of meester die met hem werkte opnieuw een kans gaf, ook al was dat soms zo lastig.
Ik zie hem weer voor me, zeven jaar oud. In groep drie. Zijn tafeltje links achter in het lokaal, ver van de andere kinderen “zodat hij niet door ze afgeleid wordt” zegt de juf. Ik denk er het mijne van. Ik besluit het ook te zeggen: “Een kind dat uit huis geplaatst is, moet niet buiten de groep geplaatst worden”. “Ja, maar hij vertoont storend gedrag!” is haar weerwoord. Het kan me niets schelen. Dit kind heeft veiligheid nodig en moet dicht bij de juf.
Ze zijn nooit vrienden geworden dat jaar, de juf en hij. Ze waren meer tot elkaar veroordeeld. Ik weet ook niet zeker of ze elkaar een eerlijke kans gunden. In het leven van de regenboogprins gebeurde veel dat onveilig was en de juf had zo haar eigen uitdagingen.
Na groep drie had de prins geen vertrouwen meer in zichzelf. Een paar moeilijke jaren volgden. Gelukkig was er zijn individuele begeleider die hem hielp, en met hem meeging, klas na klas. In groep zes kreeg hij met hulp van de juf, zijn individueel begeleider en ons langzaam maar zeker weer iets vertrouwen in zichzelf. En in groep zeven mocht hij nog een keer bij deze juf en schoten zijn cito-uitkomsten omhoog. Ook kreeg hij langzaam maar zeker leukere contacten in de klas. De prins heeft geen ontspannener jaar gehad dan in groep zeven.
We hielden ons hart vast toen hij naar groep 8 ging, maar hij vond de nieuwe meester leuk, ook al snapte hij niet alles wat deze zei en vond de meester hem wel heel leuk, maar ook super moeilijk. En wonder boven wonder kon hij het ook aan dat in januari al weer een nieuwe juf kwam omdat zijn meester een tijdelijk contract had gehad en ergens anders ging werken. We waren blij verbaasd, allemaal.
Tijdens de Corona-weken zaten we naast hem, iedere ochtend, en gelukkig 2 ochtenden ook zijn individueel begeleider. We zagen hoe hard hij kon werken en ook hoe onzeker hij kon zijn. We zagen hoe zijn trauma’s (erge dingen) hem tegenhielden om bepaalde geschiedenislessen te volgen. Het was niet makkelijk, voor ons allemaal, maar we deden het goed samen. Toen de scholen weer open gingen was er niemand blijer dan de Regenboogprins; ook dat stemde ons blij. Hij wilde weer naar school.
Als ik terugkijk naar die zes jaar, zie ik hoe moeilijk het soms was, en tegelijk zie ik de veerkracht van deze jongen, die iedere ochtend opnieuw vrolijk in de auto stapte in de hoop dat vandaag een goede dag zou zijn.
Vaak hoorde ik; “het was een lastige dag”. Soms zo lastig dat hij even in de kussenruimte was geweest. Maar vanaf het einde van groep zes hoorde ik meer en meer dat het een goede dag was. En in groep acht dat het een prima dag was. En soms hoorde ik helemaal niets meer. Dan kreeg de juf of zijn begeleider een high five en was er niets te melden omdat het eigenlijk een soort van gewoon was geworden dat het goed ging. Natuurlijk waren er lastige momenten, maar die hebben we allemaal.
Waar in groep 4, 5, 6 en 7 de regenboogprins doodmoe was tegen de kerstvakantie en de laatste week vaak al thuis was, haalde hij het in groep acht helemaal tot en met het kerstdiner. En het 2e semester heeft hij glorieus gedaan.
Okay, uitgezonderd de laatste weken. Toen stonden er weer verschillende afscheidsmomenten op het programma en daar houdt hij niet van. De laatste week knalde hij zelfs zo heftig dat hij nog een keer in de kussenruimte moest om even af te kunnen koelen. De juf nam direct daarna ritueel afscheid met hem van die ruimte, hij hoeft er nooit meer in. Top hoe ze dat deed.
Dus veerkrachtig is hij.. En met glans heeft hij zijn basisschool afgerond. Allemaal goede cijfers op zijn rapport.
We gaan even vakantie houden en daarna verder, naar de middelbare school. Gelukkig zit die in hetzelfde gebouw. En gelukkig gaat zijn individuele begeleidster mee.
Misschien is het nodig om het weer te zeggen iedere dag: “Je bent een lieve jongen en je kunt het heel goed” (we moeten nog iets anders verzinnen voor dat lief in de puberteit). Maar misschien zegt hij het al direct zelf: “Ik ben een lieve jongen en ik kan het heel goed!”. En wie weet is het niet nodig omdat hij vol vertrouwen is in zichzelf.
Prachtig verteld Charissa, wat laat je een mooie ontwikkeling zien van jullie regenboogprins. Met alle ups en downs.
Wij wensen jullie samen een goede leertijd toe in het vervolgonderwijs en hopen dat hij over een aantal jaren net als nu vol trots zijn diploma in ontvangst zal kunnen nemen.
Veel succes allemaal.
Groetjes Ria.
Dank je wel Ria!
Dank je wel Ria.
Indrukwekkend! X