‘U mag bij de eerste deur rechts naar het toilet,’ krijgen de bewoners te horen. Voor familie en bezoek is het: ‘U mag in het midden van de gang rechts naar het toilet.’ De derde categorie zijn de zorgverleners die een eigen wc hebben met een sleutel. Bewoners hebben me meerdere malen gevraagd waarom dit zo is. ‘Vinden ze ons vies Teun?’
Toen ik 21 was deed ik een diaconaal jaar. Tijdens dat jaar ging ik mee naar een vormingsmeerdaagse voor tieners van het VMBO. Tijdens die meerdaagse ontmoette ik iemand die mijn naam niet echt bij mij vond passen. Hij noemde mij Teuntje.
De afgelopen dagen las ik het boek ‘verpleegthuis’ van iemand die echt Teun heet. Teun Toebes. Een jongere die bevlogen en idealistisch leeft. Hij besloot om in een verpleegtehuis te gaan wonen, samen met dementerende ouderen. En vanuit het perspectief dat hem daarmee gegeven werd, schreef hij zijn boek.
Met aandacht heb ik het gelezen en veel dingen die hij waarnam raakten me. Onder andere de zinnen waarmee ik deze blog opende. Maar ook hoe hij de nabootsing van eigenheid zoals huisdeurposters en robothonden beschreef. Het is gewoon ‘fake’ en dat weet iedereen. Vormgeving en technologie kunnen helpen, maar ze kunnen de eenzaamheid niet oplossen. Dat kunnen alleen mensen. Dat is wat Teun daarover schrijft. Het raakte me ook dat alle mensen die Teun aan het einde van het boek interviewde, als ze gevraagd werden waar ze woonden, antwoordden: ‘op deze kamer’, ‘op afdeling huppeldepup’, ‘kamer 4’ ‘ik heb eigenlijk geen woonplaats meer’.
Ik weet nog niet wat het is om te dementeren, misschien later wel, aangezien 1 op de 5 mensen deze ziekte gaat krijgen, maar ik weet wel dat ik hoop, mocht het zo ver zijn, dat mensen met mij blijven overleggen en dat ze ernaar streven om mij zoveel mogelijk eigen regie te laten houden over mijn leven. Ik denk dat iedereen dat graag wil.
En ik denk dat we daarvoor naar een samenleving moeten streven waar humaniteit de basis is. Teun Toebes gebruikt het woord ‘inclusief’. Een inclusieve samenleving.
‘De inclusieve samenleving, inclusief. Met jou, jij hoort erbij.
We zijn er nog een eind vandaan. En misschien komen we er ook wel nooit.
Maar we kunnen er wel naar streven. En ik denk dat het begint met humaan handelen.
En ook dat we als samenleving kiezen voor investeren in zorg, misschien op totaal andere wijze dan nu. In hoeverre kunnen we de ideeën van Teun meenemen? Het menselijke is daar te vinden waar het leven gedeeld wordt. Wat heeft het verpleeghuis de buurt te bieden en wat de buurt het verpleeghuis? Is er een moestuin te maken op de binnenplaats van het tehuis? Kunnen er buurtfeestjes plaatsvinden?
Wanneer wordt het beroep weer aantrekkelijk voor zorgverleners? Als het meer betaalt? Misschien wel, maar ik denk niet dat dat het belangrijkste is. Ik denk dat het meer zit in de ruimte die er weer komt voor echte aandacht, dat het naast zinvol ook superleuk is om in de zorg te werken (vergeef mij als ik nu iets schrijf wat niet klopt).
Tijdens het lezen van het boek herinnerde ik mij een bezoek aan een project in Roemenië waar een opvang voor oudere dames, die geen huis en haard meer hadden, samen ging met een kinderopvang. Voor het huis van de oudere dames stonden 10 brievenbussen. Wekelijks kwam daar post in van de kinderen uit de kinderopvang. Een uniek project.
Het verhaal van Teun deed mij ook denken aan de Arc- communities, waar verstandelijk gehandicapte mensen wonen, samen met hun assistenten! Draai het om! Down-top, waarbij de Top luistert naar de Down.
misschien dat deze gedachte ook meer plek zou kunnen krijgen in Nederland. Ik denk dat er meer kan dan nu mogelijk wordt geacht. Laten we open staan voor nieuwe ideeen en elkaar, en laat iedereen wiens vader, moeder, of partner nu de ziekte krijgt, meedenken in hoe je bij kan dragen. Geef ruimte, zoek ruimte en laat het systeem niet domineren, maar de mensen.
Geef een reactie