In het Catharijneconvent in Utrecht is op dit moment de tentoonstelling: ‘Ik geef om jou!’ De titel van de tentoonstelling doet iets met me. En niet iets positiefs. Ik word bij het denken aan de titel al moe en voel een zekere verplichting en schuld. Daarnaast ben ik bang dat de tentoonstelling saai is. Deze gevoelens verbazen me omdat ik notabene mensen opleid die zoveel om andere mensen geven dat ze hun beroep er van maken. De beste weg om uit te zoeken wat mijn weerstand precies inhoudt, is de tentoonstelling bezoeken. Museum jaarkaart dus in de tas en op stap!
De eerste woorden die mij opvallen zijn: “…Een van de vroegst bekende bronnen over naastenliefde is het Egyptische dodenboek (1500 v.C) . De dode moest zich tegenover een godenrechtbank verantwoorden voor zijn leven.
‘Gegroet, ik heb geen onderscheid gemaakt tussen anderen en mijzelf. Ik heb god tevreden gesteld met waar hij van houdt. Ik heb brood gegeven aan de hongerige, water aan de dorstige, kleren aan de naakte en een boot gegeven aan wie er geen had.’ “
De tekst komt me merkwaardig bekend voor. In de inleidende tekst staat verder dat vele tradities en godsdiensten oproepen tot naastenliefde zoals Jodendom, Christendom, Islam, Boeddhisme en Hindoeïsme. Compassie is daarbij een kernbegrip. Het gaat om het vermogen om zich in de pijn van de ander te verplaatsen en andermans pijn te ervaren als die van jezelf.
Ik dwaal verder en zie telkens dezelfde taferelen. Blinden, armen, ouderen, zieken staan op ieder schilderij dat ik zie. Daarbij staan dan allerlei varianten van redders. Vrouwe Caritas, dokters, priesters, Jezus. Ik identificeer me terwijl ik kijk telkens met de redder en dan is er ook direct weer die vermoeidheid en dat gevoel van verplichting.
Een klein stemmetje in mij roept ‘jij bent soms ook blind en verliest mensen om je heen, bent ziek en wordt oud’. Maar ik duw de gedachte weg en loop door terwijl ik nadenk over het nut en het nodig zijn van naastenliefde. We leven inmiddels immers niet meer in een tijd dat we bang zijn voor ‘het oordeel Gods’ over onze daden. Het nut van naastenliefde zou dus kunnen werken als een soort bank van de wederdienst. Ik doe iets goeds voor anderen, in de hoop dat ze dat ook voor mij zullen doen, mocht ik het ooit nodig hebben.
Ik sta plotseling stil voor een mistig schilderij. Weer zie ik Jezus en om hem heen, op enige afstand staan een gewonde soldaat, een waanzinnige, een gevangene, een moeder met een dood kind en een weduwe (Christus en de behoeftigen, Carel Frans Philippeau, 1889). Vertrouwd beeld dus. Maar wat me intrigeert is de mist op het schilderij. De omgeving rond de mensen op het schilderij is leeg en mistig. Dat maakt dat de bijeenkomst een intieme sfeer krijgt. Alsof er daar in die mistige ruimte plek is voor het lijden. Alsof zowel Jezus als de mensen die naar hem toe gekomen zijn elkaar verstaan. Er is geen redder, er is geen weldoener in het beeld. Er is alleen een groep mensen die elkaar lijkt te verstaan. De mensen staan namelijk niet te juichen omdat Jezus ze net genezen heeft en een gouden toekomst voorspelt waarin er geen lijden meer zal zijn. Het gaat om het vermogen om zich in de pijn van de ander te verplaatsen en andermans pijn te ervaren als die van jezelf. De zin die ik las aan het begin van de tentoonstelling flitst door me heen. Bij naastenliefde gaat het niet om de rollen van redder en slachtoffer, gever en ontvanger, weldoener en behoeftige. Het gaat om het delen van ons lijden. Soms door in te voelen wat een ander doormaakt. Soms doordat we onze eigen zwakheid moeten leren onderkennen om naast iemand te kunnen staan. We kunnen als mensen naast elkaar oplopen en elkaar steun bieden als dat nodig is. Een pak valt van mijn hart. Ik voel me niet langer vermoeid, verplicht en schuldig.
Een vriend zei me ooit dat als hij 1 ding dat hem raakte, tegenkwam op een tentoonstelling, het voldoende was. Voor mij is dat vandaag het schilderij van Carel Frans. Ik bedenk me dat het bij naastenliefde niet zo zeer gaat om de ‘goede daden’ maar om het goede ‘delen’ van onze kwetsbaarheid.
http://www.catharijneconvent.nl
Geef een reactie