Deze week begon op de hogeschool waar ik doceer de minor ‘de box uit’. Als introductie liet ik de studenten een aantal grafstenen zien (om de eerste dag maar even lekker te beginnen). De grafteksten werden als inspiratie gebruikt voor het voorstelrondje. Ook ik deed mee. Mijn gedachten flitsten terug in de tijd.
De laatste keer 7 zijn.
De hele dag vult hij zijn tijd en vraagt af en toe: ‘hoe lang duurt het nog voor ik cadeautjes krijg?’ Als hij in bed ligt schuif ik er even naast. Mijn hoofd naast die van hem. ‘Morgen ben ik 8’ fluistert hij. Dan is hij even stil. ‘Wel jammer dat ik dan niet meer 7 ben.’ En nog een paar tellen later. ‘Ik moet er bijna van huilen’.
De regenboogprins weet altijd zo kernachtig aan te geven hoe het vaak is in het leven. Reikhalzend kijk je soms uit naar wat nieuws. En als het zo ver is neem je toch ook met een kleine of soms een grote traan afscheid van wat niet meer is. Een ware levenskunstenaar heeft het leven van lief en mij verrijkt.
Het verjaardagslijstje van de regenboogprins
– gitaar
– wereldbol
– zaadjes van een vleesetende plant
– windharp
– stormparpaplu
– muziekdoosje
Verder kijken.
Pleur op!
Kutland!
Ze moesten haar onder de zoden leggen.
Homo!
Het verbaast me dat mensen dit soort dingen gewoon aan elkaar tweeten, als reacties onder nieuwsartikelen zetten en als haatmails versturen. Afgelopen nacht zag ik een filmpje waarin Sally Kohn dit aan de orde stelde. Ze sprak over het leren zien van de andere mens. Niet de mening was bepalend voor haar vertrouwen in hem, maar wie de ander was als persoon. Ik vond het een mooie en ware gedachte. Volgens mij heeft het vertellen van levensverhalen dezelfde werking. Door de verhalen leer je de mens kennen en zien achter het verhaal, Je herkent jezelf en je bent hierdoor in staat je te verbinden.
De regenboogprins over bang zijn.
‘ik vind het niet spannend’
‘Ik ben niet bang’
‘Nee, ik vind het niet eng. Ik wil gewoon niet’
Dagelijks wapent de regenboogprins zich tegen zijn angsten. In principe zijn alle nieuwe dingen voor hem eng, moeilijk, spannend en beangstigend. En tegelijk wil hij niet bang zijn, maar stoer en sterk. Vanaf het begin dat wij hem kennen doen wij ‘dappere dingen’ met hem.