Inner Peace

“Inner Peace… inner peace… inner Peace… INNER PEACE…”  mompelde meester Shifu gefrustreerd terwijl hij vrede probeerde te vinden met zijn onwillige pupil Po in de film Kung Fu Panda.

Ik doe geen Kung Fu, maar was enkele weken geleden mee op een kloosterretraite bij de Abdij van Egmond. Samen met 15 collega’s waren we een weekend te gast. Het thema was ‘Vrede’  en mij was gevraagd ter voorbereiding iets mee te nemen wat voor mij bij dat thema hoorde.  Ik wist niets. Het enige wat er gebeurde was dat ik de letters van het woord vrede zag staan en dat er  met dikke zwarte letters het woord ‘oorlog’ overheen geschreven werd. De ontwikkelingen van de laatste tijd in en buiten Europa en ook in Nederland roepen veel onrust bij me op.
Vrede is een wankel evenwicht.

Ik ben op zoek naar hoe ik me moet verhouden tot alles wat er gebeurt om mij heen. Tijdens het weekend noemde een van de retraiteleiders (en mijn collega) dat innerlijke vrede volgens de Benedictijnse principes inhoudt dat je geen weerstand voelt bij je eigen zwakte en bij de zwakte en kracht van anderen. Die zin greep mij en wees een richting. Geen weerstand voelen, hoe doe je dat?
Wat ik niet direct verwacht had in een klooster, maar wat wel gebeurde was dat o.a. twee kunstenaars mij de weg wezen naar een manier om te handelen in de onrust die ik ervaar om mij heen en ook in mijzelf.

bron Foto: JR

De kunstenaar JR, die met zijn straatfotografie groepen die verdeeld zijn, groepen die in de marge dreigen terecht te komen, letterlijk aan de wanden hangt van belangrijke gebouwen en wijken. Met humor en bravoure brengt hij mensen in contact met hun angsten ten opzichte van elkaar en met situaties van onrecht. Hij zet zijn weerstand om in een vorm die oproept anders naar een probleem te kijken.
Voor mij is hij een voorbeeld in hoe je samen met mensen kan zoeken naar nieuwe wegen om met elkaar om te gaan. En ook om, hoe dan ook, die weg te zoeken, ook al verwachten instanties andere dingen van je en houden ze onrecht in stand.

Lees verder →

Co

Vandaag kregen we het tijdens een bijeenkomst over het woord  ‘Co’. Wat is eigenlijk de betekenis van dat woord?

Google-translate vertaalt het woord uit het engels en zegt dat het ‘samen’ of ‘aaneen’ betekent. De Van Dale online zegt dat het een afkorting is van Compagnon. De site ‘onze taal’ zegt dat het woord vooral ‘mede’ betekent.

Co-piloot, Co-assistent, Co-ouder, Co-onderzoeker, door het streepje laat je zien dat het om het woord ‘ mede’ gaat.

Co lijkt af te stammen van het oorspronkelijke woord Com, uit het Latijn, dat  ‘samen met’ betekent. Best een mooie betekenis. Alleen in de praktijk lijkt het anders te werken.  Lijkt er een hiërarchie bij het woord te komen. Je hebt een piloot en je hebt een co-piloot. Het lijkt… maar ik weet natuurlijk niet of dat klopt… het lijkt erop dat er toch een soort hiërarchie is. Je hebt de Piloot, die is helemaal Piloot. En je hebt de Co-piloot wat klinkt als ‘ assistent piloot’ . Misschien is dat helemaal niet zo. Maar waarom noemen we ze dan niet gewoon ‘ twee piloten?’  Of Piloot Rood en Piloot Groen. Of Piloot Jos en Piloot Hendrike? En hoe zit dat dan als je co-assistent bent in een ziekenhuis? Ben je dan met meerdere assistenten?  Bij het Co-ouderschap lijkt er nog de meeste overeenkomst met de betekenis van het woord. Beide ouders zijn en blijven samen verantwoordelijk voor hun kinderen, alhoewel ze natuurlijk wel wat taken en verantwoordelijkheden verdelen. Lees verder →

Verlangen naar connectie in een losgeslagen wereld (233 graden)

“Ik geloof niet dat zijn pijn alleen een biologisch defect is. Net als iedereen zoekt hij verbinding, wil hij van waarde zijn, een doel hebben. Met het maken van deze voorstelling heb ik geprobeerd mijn broer wat beter te begrijpen.”

Dit zijn woorden van regisseur  Abdel Daoudi  over  de voorstelling  233 ºC . Het is voor hem een persoonlijk verhaal omdat hij een psychose gevoelige broer heeft. De voorstelling was professioneel, prachtig, humoristisch en pijnlijk.
Jason lijdt aan psychoses en woont daardoor bij zijn moeder. Hij probeert de psychoses te beteugelen door ‘s nachts luidkeels te zingen. Dat doet natuurlijk iets in de wijk. De buren van het woonerf hebben last van hem. Voor je het weet zit je als kijker tijdens de voorstelling mee te denken over hoe veilig het is om met Jason in de wijk te wonen. Jason wil namelijk alles wat er gebeurt zuiveren door middel van vuur. Ik kon me helemaal voorstellen dat dat beangstigend is voor de omgeving. Probeer de motieven van Jason maar eens te begrijpen. Dat is een hele klus.
Terwijl de voorstelling zich ontwikkelt zie ik dat ook het queer-echtpaar flinke problemen heeft, dat een andere buurvrouw begint te dementeren en dat het meisje dat verliefd op Jason is post traumatische stress signalen geeft. Alleen ‘daar gaat het niet om’. Alle ogen zijn gericht op Jason, die voor onveiligheid zorgt. Lees verder →

Post-Antropoceen

Mijn hoopvolle stukje tekst van vandaag; gelezen in de See all this,  geschreven door Catherine de Zegher.

‘In Churchill, Manitoba (canada) ligt een kleine afgelegen stad die bekend staat al als de ijsberenhoofdstad van de wereld. Hier ontvouwt zich een opmerkelijk verhaal van co-existentie en bescherming dat zich afspeelt tussen de lokale bevolking en de in hun bestaan bedreigde ijsberen. Een soortgelijk verhaal doet zich voor in de Himelaya waar het Himachal Wildlife departement, dat samenwerkt met de lokale bewoners, zeer verheugd is over het duidelijke bewijs dat er weer meer sneeuwluipaarden in het Kullu-reservaat zijn. Wat ooit misschien vergezocht leek in ‘Parlement der dingen’ Bruno Latours pleidooi voor de rechten van niet-mensen, is nu al realiteit.  The Global Alliance for the rights of Nature (GARN) gaat er vanuit dat de natuur een wettelijk bestaansrecht heeft:Ierland is bijvoorbeeld van plan om een dergelijke verklaring op te nemen in de grondwet. Na het verval van de grote, vaak destructieve ideologieën van de 20e eeuw, zal het grote narratief van de 21e eeuw bestaan uit veel kleine soortgelijke narratieven, die elk de loop van de gebeurtenissen proberen te veranderen en zo de wereld redden.’

Imagine Home 1

Thuis is meer dan een huis. Het is de geur van zeep, de smaak van je lievelingsgerecht, het geluid van een tikkende klok aan de muur. Een gevoel van veiligheid, van geluk, of juist van pijn of melancholie. Want wat betekent ‘thuis’ als je gedwongen ontheemd bent? Als het geen fysieke plek is, of de spullen om je heen, waarin zit dán het thuisgevoel? En hoe houd je dat gevoel vast als je geen huis meer hebt?

Vandaag bezocht ik met Eva de tentoonstelling Imagine Home. Ofschoon wij allebei niet  uit een ander werelddeel komen, herkenden we wel de zoektocht naar ‘thuis’. Als zijnde een plek, als geuren, als kleuren, als vertrouwde vormen. Grote gordijnen brachten ons terug in de woon- en slaapkamers van grootouders, waar de stoffen en kleuren die gebruikt werden anders waren dan ze nu in onze eigen huizen zijn.
Glazen potten met zout als beeld van een provisiekast en een muur van Perzisch Halva  bracht ons bij deeggerechten en keukens die we ons herinnerden. De afdruk van een muur en een video waarin de camera inzoomde op de muren van een verlaten huis, iedere oneffenheid registrerend, ieder spoor van bewoning, brachten ons tenslotte bij onszelf. Onze eigen thuisverhalen. Lees verder →