Het vierde verhaal uit het boek ‘de kluizenaar’ van Ebba Pauli gaat over een van de grote levensvragen, namelijk over het lijden. Over het nut van het lijden, over hoe je als mens met lijden moet of kunt omgaan en ook of het mogelijk is om er op de een of andere manier aan te ontsnappen. Kunnen we leven zonder lijden? Is er lijden dat opbouwt en lijden dat afbreekt? Hoe kunnen we dat plaatsen?
In het verhaal komt een jonge man die van het leven geniet, die de schoonheid ervan kan zien, bij de kluizenaar. Hij is ervan overtuigd dat God een vergissing heeft genaakt in zijn schepping van de mens. Met andere woorden; hij protesteert tegen het feit dat mensen lijden. De kluizenaar gaat hierop met de jongen in gesprek. Een van de zinnen van de kluizenaar die mij trof was ‘ Ben je ervan bewust dat je iedere dag bezig bent jezelf op te bouwen?’
Ik herken mij in de overtuiging van de jonge man en tegelijk begin ik te begrijpen waar de oude kluizenaar het over heeft. Steeds vaker realiseer ik me dat wijzer worden betekent dat ik reflectiever word. Dat ik situaties waarin ik verzeild raak niet probeer te zien als onrecht dat mij overkomt, maar als pijn die er is en die waar mogelijk een antwoord van mij vraagt en waar niet mogelijk aanvaarding. Misschien wel het meest in het lijden en de pijn van de mensen in mijn naaste omgeving, mijn familie en de naasten van de regenboogprins, zie ik de strijd voor het goede leven, ondanks wat daar allemaal in mis ging. Steeds meer herken ik dat ‘iedere dag mijzelf opbouwen’ niet betekent: succesvol worden, beroemd worden, gelukkig worden. Het betekent iedere dag keuzes maken waardoor ik meewerk aan de bloei van de mensen en de aarde. En dat betekent vervolgens dat ik niet redeneer vanuit wat mij is aangedaan, maar kijk en zie welk goeds mensen proberen te doen en wat ik daaraan kan toevoegen. Om dat te kunnen doen moet ik iedere dag reflecteren (niet dat me dat altijd goed afgaat, alhoewel pleegzorg ooit over mijn lief en mij schreef dat wij hoog reflectieve mensen waren).
Gelukkig heb ik mijn lief en de regenboogprins die me dagelijks helpen om op deze manier te kunnen leven. Gelukkig heb ik vrienden en familie die me niet naar de mond praten maar mij regelmatig confronteren met mijzelf (uit liefde uiteraard).
Moet lijden er dan zijn? Zijn er verschillende soorten lijden? Lijden dat nut heeft (bijvoorbeeld het opbouwen van jezelf) en lijden dat totaal aan het nut voorbij gaat? Misplaatst lijden? Lijden dat woede oproept zoals de #metoo beweging duidelijk maakte? Heeft God een weeffout gemaakt? Komt het door de zondeval? Ik heb nog steeds al die vragen en ben het antwoord verlegen. Het enige wat ik wel weet is dat ik mij er hoe dan ook niet aan kan onttrekken.
Lijden is er.
De keuze die ik heb is hoe ik me laat vormen door dat lijden.
(Denk ik).
In onderstaande video van Michiel Slegten kun je het verhaal van Ebba Pauli lezen. Gun jezelf een half uur vandaag of morgen om het tot je te nemen:
Geef een reactie