Tentoonstelling ‘Bijzonder Gewoon’ gaat verder in Kampen.

Op 17 september wordt de tentoonstelling heropend in Kampen. Een bijzondere avond over pleegzorg met Boter bij de Vis, Trias, en Therapeutisch Opvoeden.
Een mondvol namen, maar het wordt dan ook weer een bijzondere ontmoeting met verhaal, muziek en uitwisseling. En natuurlijk de foto’s van de Regenboogprins.

Welkom!

https://www.bibliotheekkampen.nl/agenda/voor-alle-leeftijden/494-bijzonder-gewoon

Mijn geraaktheid door verhalen.

Twee broers worden geboren. De ene werkt hard thuis en doet mee in de traditie van het dorp. De ander echter, heeft spirituele gaven en droomt ervan om de chief van het dorp te worden… De ene ontwikkelt zich gestaag en wordt verder niets over vermeld. De ander bedenkt allerlei streken om zijn droom voor elkaar te krijgen. Hij komt ver en hij leert veel. Hij leert steeds respectvoller om te gaan met het leven om hem heen, de mensen en de dieren.
Uiteindelijk lukt het hem om een geschenk te krijgen dat hij mee kan nemen naar de chief zodat hij diens taak over kan nemen. Echter, als hij thuis komt, is de chief overleden en heeft zijn zoon hem opgevolgd.

Pieter Henket, ‘Partners in Crime’ uit de serie Congo Tales, 2017. © Pieter Henket, courtesy Kahmann Gallery Produced by Tales of Us.

Lees verder →

The village is needed.

Toen onze pleegzoon, de regenboogprins, bij ons kwam wist ik nog niet dat de keuze om pleegzorg te gaan doen me vele antwoorden zou geven over de kunst van het leven. Alleen daarom al is het de moeite waard om het te doen. Veel heb ik geschreven over de veerkracht van onze Prins en ook over herstel en vele momenten van hoop. Prachtig waren die en verrijkend en inspirerend voor velen. Vandaag wil ik echter ingaan op de andere kant. Het falen. En ik ga ook in op hoe juist het bewustzijn van je beperktheid van nut kan zijn voor herstel van allerlei verbanden en zelfs voor de samenleving.

Falen

Bij een pleegzorg plaatsing krijg je direct te maken met het woord ‘falen’ en het woord ‘verlies’. Ouders hebben gefaald, kinderen hebben gefaald, het jeugdzorg systeem heeft gefaald en ook pleegouders en hun kinderen leren het woord heel snel kennen. Dagelijks wordt er gefaald en dat is een flinke uitdaging om mee om te leren gaan.
Altijd ligt er de negatieve spiraal om de hoek die de kans op een nieuw verlies versterkt.

Nederigheid

In dat hele proces ontstond er bij mij een besef van onafheid, ik moet denken aan het oude woord ‘nederigheid’ – het besef dat ik als individueel mens maar zeer beperkt mee kan werken aan het herstel van zoveel leed. Ik ben hoog opgeleid, ken de wereld van de hulpverlening al lang, heb veel skills in huis voor het omgaan met mensen. Toch merk ik dat in de zorg voor onze Regenboogprins altijd de kans op falen groot is, met daarbij het gevolg dat onze pleegzoon het vertrouwen in zichzelf verliest.

De regenboogprins

Hoe vaak is er niet onwetendheid, vermoeidheid, stijfkoppigheid, onprofessionaliteit, een haperend systeem of slechte zelfreflectie? Al snel realiseerde ik me dat ik  veel moest leren en anderen nodig had om  samen met mijn lief de touwbrug te kunnen zijn waarover de prins kan balanceren in groei naar volwassenheid. Zo’n brug moet stevig en veilig zijn en die uitdaging bieden die een kind nodig heeft om zich weer zo vrij te voelen dat hij zich gezond verder kan ontwikkelen. Anderen… wie zijn dat?
Lees verder →

Nieuw project: BRUS EN ZO!

Tabitha, Mariam, Anne-Roos, Charissa, Jorinde en de onzichtbare Wouter Nieuwenhuizen.

Af en toe riep ik ergens online: ‘Ik ben met zo’n leuk project bezig, binnenkort meer..’. Vandaag is er dan het moment om er iets over te schrijven. Broedgebied gaat samen met Vitree, Stichting Kinderpostzegels  en een heleboel andere pleegzorgorganisaties een aantal leuke projecten doen die allemaal met hetzelfde thema te maken hebben: Engage the Village!

Lees verder →

Er tussenin (over Sis)

We ontmoetten haar voor het eerst zo’n vijfenhalf jaar  geleden. De zus van de regenboogprins.

Charissa Bakema

Ze verhuisde toen van een jeugdzorg-instelling naar een gezinshuis.
We bezochten haar in het gezinshuis iedere zes weken. Meestal gaf de Regenboogprins het aan: “Ik heb wel weer eens zin om naar Sis te gaan..” zei hij dan. Het was altijd zo geregeld en Sis kwam ook af en toe bij ons. Zo ging dat vijf jaar in een gestaag ritme door. Totdat er een barst in het evenwicht kwam.  Lees verder →